Eerste dag in IJsland

De eerste volle dag in IJsland zit erop. Nat maar erg mooi....

Vrijdag 22 juni 2018

Ruud is mooi op tijd. Om 14.30 uur verlaten we Almere City en rijden we richting Schiphol, waar we na een half uur al aankomen. De incheckbalie gaat pas om 15.30 uur open dus wachten we nog even terwijl we een stukje Brazilië-Costa Rica kijken. Als we daarna richting de incheckbalie nummer 27 lopen, wordt Mart aangesproken met Je dacht toch niet zomaar te kunnen vertrekken... Martins zus Jolanda komt nog even een dikke knuffel brengen, en met alle gebeurtenissen in ons achterhoofd doet ons dat goed en haar ook. We checken in, zeggen Jolanda gedag en gaan dan door de douane. Het lijkt wel of ze alle koffers en jassen extra controleren en ook al onze spullen worden dubbel gecheckt. Als blijkt dat we niets raars bij ons hebben komen we weer in de altijd wondere wereld van Schiphol. We gaan wat eten en drinken en met een volle maag zoeken we het vliegtuig van WoW-Air op bij Gate D64. Alles gaat op tijd, alleen omdat we niet vertrekken vanaf de hoofdbaan moeten we nog een half uur taxiën naar de startbaan. Om 19.00 uur gaan we de lucht in en na een goede vlucht landden we drie uur later op Keflavik AirPort op Reykjavik. Bij het uitstappen merken we gelijk dat het koud is (7 graden). We halen de koffers van de band en lopen dan naar Budget om onze huurauto op te halen. Natuurlijk proberen ze ook hier van alles erbij te verkopen, maar ook hier trappen we er niet in. We hebben trouwens een week een Hyundai I30 tot onze beschikking, een mooie witte. We proppen onze bagage in de auto en rond 21.30 uur starten hem dan voor onze eerste kilometers op IJslandse grond. We slapen vannacht dichtbij Reykjavik in het dorpje Hafnarfjordur. Zoals al eerder gezegd zijn sommige plaatsen en namen niet uit te spreken, maar we maken er gewoon ons eigen namen van. Hafnarfjordur wordt gewoon Half naar je voordeur... tegen tienen komen we aan bij Nordurey Hotel waar we inchecken en kamer 233 krijgen. Een kleine kamer maar wel heel netjes en een mooie badkamer, en goede verduisterende gordijnen. Nu zul je je afvragen waarom we dat vermelden, maar het blijft in IJsland in de zomermaanden 24 uur licht. De zon gaat hier niet onder en zo nu ook. We douchen heerlijk en kruipen dan lekker in bed om nog even IJslandse tv te kijken. Kort daarna gaan we slapen, we zijn in IJsland. Laat een nieuw avontuur maar beginnen.

Zaterdag 23 juni 2018

Vannacht om 01.00 uur werd ik wakker en ik ben toch even gaan checken of het echt nog licht buiten is, maar inderdaad. Blijft een rare gedachte dat het de hele dag licht is. We hadden de wekker om acht uur gezet, maar een half uur eerder waren we al wakker. Allebei goed geslapen douchen we de nacht van ons af en zoeken we het ontbijt op. Alles is verkrijgbaar, met natuurlijk ook Skyr wat hier vandaan komt. Een heerlijke yoghurt. Met volle buiken gaan we terug naar onze kamer en pakken we weer alles in om de echt eerste dag in IJsland te gaan beleven. Rond half tien rijden we weg en verlaten we Hafnarfjordur. We rijden richting snelweg nummer 1, de weg die als een cirkel om heel IJsland gaat. Onze eerste stop zal Seljalandsfoss zijn. Dit is 1 van IJslands bekendste watervallen met een hoogte van 65 meter. De weg ernaartoe is al meteen prachtig. Zodra we op de snelweg 1 rijden is het landschap uniek. Helaas is het weer niet echt goed en heel mistig en miezer regen, maar het is nu al mooi. Je ziet overal zwarte bergen en vlaktes en door het vele regen wat hier valt zijn al deze bergen en vlaktes ook bedekt met een groene laag mos. De kleuren zwart en groen en dan die mist erbij... Spooky.... Seljalandsfoss ligt op 121 kilometer rijden van Reykjavik. Al gauw gaat het miezer over in regen, maar dat doet niets af van het uitzicht. Kun je nagaan als het hier mooi weer is. We stoppen onderweg om wat uitzicht foto’s te maken en ook wat kiekjes van typisch IJslandse paarden. Deze paarden hebben manen en hoofdhaar waar je jaloers op wordt, en ik met mijn weinige haar al helemaal natuurlijk haha. Het is net of die paarden pruiken op hebben. Na ongeveer twee uur rijden komen we aan bij de waterval die je al vanaf de weg ziet liggen. Zo groot... we parkeren de auto, betalen de 6 euro parkeertarief (Nog nooit betaald voor het kijken naar een waterval...) en lopen dan naar de waterval. Door de regen klettert het water met veel kracht naar beneden, waardoor het een enorm geluid is. Eenmaal aan de voet van de waterval gaan we, omdat we van de regen nog niet nat genoeg zijn met een trap naar boven om via een glibberig pad achter de waterval te komen. Eenmaal erachter zie je pas goed hoeveel water er naar beneden stort. Ook zijn we gelijk tot op onze onderbroeken nat, dat dan weer wel. Eenmaal weer beneden kun je nog wat kleine watervallen bekijken die uit dezelfde bergwand komen, tot je aan het eind bij de Gljufrafoss komt. Dit is echt een fantastische waterval die verborgen en opgesloten zit in een grot. Hij wordt ook de kloofrivierwaterval genoemd. Heel mooi. Nat en koud zoeken we de auto op en drogen we ons af om de auto te starten richting Skogafoss. Ook deze waterval is ongeveer 60 meter hoog maar ook nog eens 25 meter breed. Ook kun je er met een pad helemaal naar de top om van bovenaf op de waterval neer te kijken. Met dit weer laten we dat aan alle andere toeristen over en blijven wij gewoon beneden van het natuurgeweld genieten. Onze paraplu’s zijn trouwens niet bestand tegen de wind en regen... oftewel na een paar minuten kapot. Als we ook deze mooie grote waterval hebben bekeken rijden we richting Dyrholay. Tussendoor eten we wat in een weg restaurantje waar net als in heel IJsland de prijzen niet normaal zijn. Een soepje kost gewoon 12 euro... Dan maar een soort van hotdog. Met drinken mee mogen we gewoon 22 euro afrekenen... K-Chingggg. We komen eerst langs twee vulkanen waarvan de Eyjafjallajökull natuurlijk de bekendste is. Kennen jullie deze nog Steef en Rebec? In 2010 kwam deze vulkaan tot uitbarsten waar het vliegverkeer erg last van had. Eenmaal bij Dyrholay regent het nog steeds heel hard. Hier wilden we het zwarte strand en de ruige rotsen bekijken waar ook het onofficiële symbool van IJsland in broed, de Puffin. De Puffin is een vogel die wij Papegaaienduiker noemen. Omdat we al zo nat zijn en we overmorgen dezelfde weg terug rijden besluiten we om door te rijden naar ons hotel wat op nog meer dan een uur rijden ligt in de plaats Kirkjubaejarklaustur. We komen langs het plaatsje Vik I Myrdal, wat er mooi bij ligt met een mooie kerk op een heuvel wat als herkenningspunt voor deze plaats dient. De weg vanaf Vik naar Hotel Laki is minder bergachtig, maar met allemaal zwarte grote blokken met weer mos erop. Weer heel anders. We komen om 17.00 uur aan en checken in en krijgen kamer 210, waar het heerlijk warm is als we binnenkomen. We douchen ons warm en hangen onze natte kleding even op en gaan even rusten en Duitsland-Zweden kijken. Daarna zoeken we een plaatselijk restaurant op en eet Mart een lekker visje en ik een pizza. Moe maar voldaan komen we rond negenen terug bij ons hotel waar ik dit stukje nog even tik en we de route voor morgen een beetje doornemen. Moe maar voldaan gaan we proberen te slapen, het was een mooie eerste dag in IJsland. Morgen weer een nieuwe dag.

Til fljótt frá Íslandi!

Veel liefs van ons!